Sommigen in de anti-oorlogsbeweging zijn terughoudend geweest bij het inwilligen van eisen rond de bezetting van Palestijnse gebieden, uit angst dat dit sommigen van degenen die zich tegen de invasie van Irak verzetten of die vandaag de dag misschien gewonnen zouden kunnen zijn om zich tegen de bezetting ervan te verzetten, van zich zal vervreemden.
Maar dezelfde politieke principes die zoveel mensen ertoe brachten zich tegen de invasie en bezetting van Irak te verzetten, leiden uiteraard tot de conclusie dat de twee kwesties niet van elkaar gescheiden kunnen worden.
We kunnen niet vechten tegen de ene onrechtvaardige bezetting (Irak) terwijl we de ogen sluiten voor een andere, al langer bestaande bezetting (Palestina).
Dit is niet alleen een principekwestie, maar dat is het zeker wel. Het is ook zo dat de bezetting van Irak niet los kan worden gezien van de Amerikaanse imperiale plannen in de regio als geheel, waarin Israël een centrale speler is.
Sinds tientallen jaren, sinds ze de voormalige koloniale machten Frankrijk en Groot-Brittannië hebben verdrongen, hebben opeenvolgende regeringen in Washington geprobeerd de Amerikaanse hegemonie in het olierijke Midden-Oosten uit te breiden.
Sinds 1967 is Israël een onmisbare bondgenoot in het Amerikaanse project. Het dient als voorpost van de Amerikaanse macht, als bolwerk tegen onafhankelijke nationalistische bewegingen en als betrouwbare partner bij operaties, niet alleen in het Midden-Oosten, maar ook daarbuiten.
De rol van Israël werd perfect beschreven door de Israëlische krant Ha'artez, nog voordat deze relatie volledig was verankerd: “Het Westen is niet al te blij met zijn betrekkingen met de [Arabische] staten in het Midden-Oosten. De feodale regimes daar moeten zulke concessies doen aan de nationalistische bewegingen, die soms een uitgesproken socialistisch-linkse kleur hebben, dat ze steeds terughoudender worden om Groot-Brittannië en de Verenigde Staten te voorzien van hun natuurlijke hulpbronnen en militaire bases…’
“Daarom helpt het versterken van Israël de westerse machten om het evenwicht en de stabiliteit in het Midden-Oosten te handhaven. Israël moet de waakhond worden. Er bestaat geen angst dat Israël een agressief beleid zal voeren ten aanzien van de Arabische staten, wanneer dit expliciet in tegenspraak zou zijn met de wensen van de VS en Groot-Brittannië. Maar als de westerse mogendheden om welke reden dan ook er soms de voorkeur aan geven hun ogen te sluiten, kan er op Israël worden vertrouwd om een of meerdere buurstaten te straffen waarvan de onbeleefdheid jegens het Westen de grenzen van het toegestane overschrijdt.”
Bij talloze gelegenheden heeft Israël deze rol inderdaad vervuld, waarbij de Verenigde Staten ‘er de voorkeur aan geven’ hun ogen te sluiten voor de misbruiken door hun cliënt en Israël te beschermen tegen afkeuring van zijn misdaden.
Israël heeft lange tijd geprobeerd om elk “verband” tussen zijn behandeling van de Palestijnen en andere kwesties in het Midden-Oosten te voorkomen, maar de verbanden kunnen niet worden ontkend.
Tegenwoordig zijn Israëliërs betrokken bij het trainen en adviseren van de Amerikaanse bezettingsmacht in Irak. Volgens een rapport van 1 april 2003 in de New York Times door James Bennet: “Terwijl ze zich voorbereidden op de oorlog in Irak, bestudeerden Amerikaanse militaire officieren Israëls gebruik van helikopters, tanks en gepantserde bulldozers om te vechten in de claustrofobische wijken van Palestijnse vluchtelingenkampen. .”
Martin Van Creveld, hoogleraar militaire geschiedenis en strategie aan de Hebreeuwse Universiteit, bezocht in september 2002 Camp Lejeune, NC, om de brutale Israëlische aanval van april 2002 op het vluchtelingenkamp Jenin op de Westelijke Jordaanoever te bespreken.
Van Creveld zei dat de mariniers ‘geïnteresseerd waren in hoe het zou zijn om een guerrillaoorlog te voeren, vooral stedelijke oorlogsvoering zoals we die in Jenin voerden.’
Bij de invasie en bezetting van Irak hebben de Verenigde Staten speciaal aangepaste Israëlische bulldozers gebruikt, die, zoals de Christian Science Monitor meldde, “brede banen door steegjes kunnen snijden en de weg kunnen vrijmaken voor tanks.”
En vandaag de dag voert Israël herhaaldelijk aanvallen uit op de Palestijnen, waaronder ‘gerichte moorden’, door gebruik te maken van de dekmantel van de Bush-doctrine en het anti-moslim- en anti-Arabische racisme dat door de bezetting van Irak hernieuwde legitimiteit heeft gekregen.
“Israël zal zich er niet van laten weerhouden zijn burgers te beschermen en zal zijn vijanden overal en op elke manier aanvallen”, zei de Israëlische premier Ariel Sharon onlangs, waarbij hij zijn woorden leende van de Amerikaanse “oorlog tegen het terrorisme.”
President Bush vertelde de wereld dat de invasie van Irak een democratischer Midden-Oosten tot stand zou brengen en het momentum richting een oplossing van het Palestijnse conflict zou bespoedigen.
Maar vandaag de dag ligt de ‘routekaart’ (door critici toepasselijk de ‘routekaart naar nergens’ genoemd) aan flarden, en gaat de bouw van Israëlische nederzettingen door.
De illegale apartheidsmuur die Israël bouwt blijft groeien, waardoor steeds meer Palestijnen van elkaar, van hun land, van hun werk en van elke hoop op een toekomst worden afgesloten.
En de Palestijnen zijn verder verwijderd van enige betekenisvolle controle over hun leven dan ooit tevoren.
Ondertussen werkt de Amerikaanse bezettingsautoriteit (ten onrechte de ‘coalitie’ genoemd) in Irak om zich te verzetten tegen directe verkiezingen, waarbij ze meer tijd koopt om ervoor te zorgen dat de investeringswetten van het land worden ingevoerd onder voorwaarden die gunstig zijn voor het Westen, en dat de Amerikaanse bases lang zullen blijven bestaan. voorbij het “einde” van de bezetting, en dat er een regime ontstaat dat zal opereren binnen het algemene raamwerk van orde dat door de Verenigde Staten wordt gedicteerd.
De nieuwe ‘voorwaartse strategie’ die door Amerikaanse planners voor het Midden-Oosten is aangekondigd, biedt geen oplossing voor Irak, Palestina of daarbuiten, en is een recept voor meer oorlogen, meer bezettingen en meer conflicten.
De enige hoop zal komen van het verzet hier en in het Midden-Oosten dat deze kwesties met elkaar kan verbinden en nee kan zeggen tegen de bezetting van Palestijns land en tegen de bezetting van Irak.